De naam ‘Papeloze kerk’ hebben we te danken aan het feit dat in de 16e eeuw, tijdens de vervolging van de protestanten, hier op het hunebed de hagenpreken werden gehouden. Papeloos wil zeggen: zonder dat er een katholiek priester (een paap) bij aanwezig was.
Onder leiding van de protestantse Menso Alting hielden hervormde geestelijken in de 16e eeuw op het hunebed D49 hun geheime hagenpreken. Het hunebed werd door de hagepreker zowel als kansel alsook als uitkijkpost gebruikt, zodat men ongenode gasten (met name de schout en zijn helpers) al van verre kon zien aankomen.
Momenteel ligt het de Papeloze Kerk in de boswachterij Sleenerzand, maar deze boswachterij is pas in de 20e eeuw ontstaan. De Papeloze Kerk is gebouwd in de nieuwe steentijd, het Neolithicum van 3450 tot circa 3250 v. Chr., in de periode van het Trechterbekervolk. Vlak bij het hunebed zijn twee velden gevonden met in totaal 47 grafheuvels. Een aantal van deze grafheuvels ligt in de Celtic Fields ook wel raatakkers genoemd. Deze raatakkers stammen uit de bronstijd( 3000 tot 800 v chr.) en zijn nog zeer goed zichtbaar. Deze prachtige oude monumenten kun je zien wanneer je de groene wandelroute (2.3 km) van Staatsbosbeheer volgt in het Sleenerzand. Sinds 2006 wordt er eens per jaar weer een hagepreek bij de Papeloze Kerk gehouden, die de oude tijden doet herleven.
Een Hunebed is een prehistorische grafkamer. Je vindt vaak brandsporen in en bij hunebedden. Het vuur speelde een rol bij de dodencultuur van de hunebedbouwers. De doden werden in gestrekte, zittende of in gehurkte houding bijgezet en vergezeld van grafgiften. In bijna alle hunebedden zijn grote aantallen aardewerk en andere voorwerpen gevonden. Het aardewerk bestaat uit rijkelijk versierde platte schalen, kommen, grote potten, bekers en flesjes. De versieringen bestonden uit diep ingedrukte ornamenten. Ook wapens worden veel gevonden, zoals hamers, bijlen, pijlpunten, messen en krabbers van vuursteen. Er worden heel weinig menselijke resten gevonden en dit wijt men aan de zure bodemgesteldheid in Nederland: skeletten kunnen er volledig in vergaan.